5-kerkenviering Exodus 17,8-13; 2 Timotheüs 3,14-4,2; Lucas 18, 1-8
Stok met tekst ‘Ik wil je spreken’
Het is al een paar jaar geleden dat ik hem kreeg als cadeau naar aanleiding van wat jaren vormsel les aan 8 stevige knapen: was wel een uitdaging maar we hebben het overleefd. Een zeer getalenteerde vader van één van hen, een agrariër met koeien en schapen, had in zijn spaarzame vrije tijd met zijn gouden handen deze stok zelf gemaakt, geschaafd en een tekst meegegeven en die tekst luidt: “Ik wil je spreken” – dit naar aanleiding van de gedachte enerzijds dat jongeren veel tijd op hun en schermpjes schijnbaar en geen gewoon gesprek meer met elkaar voeren, anderzijds omdat we hopen dat jongeren ook het gesprek met God blijven aangaan – blijven geboden zoals ze leerden bij de vormsellessen.
Het is een stok die ik elke dag zie op weg naar mijn werkkamer, en die me inspireert om én mensen te spreken in en rond onze kerken, en om niet ‘te versagen’, niet óp te geven om dat contact met God warm te houden.
Bied als een stok om op te leunen , als je niet meer bidt, val je om!
Eén keer per jaar is het in onze RK kerken Missiezondag – deze dag verbindt ons met de wereld en met de wereldkerk – we realiseren ons goed dat er veel volken, groepen mensen zijn op deze wereld, net zo mens als wij, die dát precies missen in hun leven : een stok om op te leunen, iemand die hen zal spreken over de ellende die hen treft…
Missio Nederland helpt ons ieder jaar zelfs te draaien we met de wereldbol…
Natuurlijk gaan onze gedachten uit naar Oekraïne: met zo’n 121.00-achtige vluchtelingen in ons land, zo’n 94.000 in de opvang hier…
Natuurlijk gaan onze gedachten uit naar Gaza – wat hopen we mee dat de mensen dáár – als het bestand aanhoudt – verder kunnen met hun leven; Natuurlijk gaan onze gedachten richting Afrika waar we nauwelijks zicht hebben op hoe burgeroorlogen in Soedan, Kongo, Zuid-Soedan en veel méér gebieden het leven van mensen ellendig maken, armoedig, onmogelijk.
Vandaag krijgen we via Missio Nederland een inkijkje in het land Myanmar, het voormalige Birma , een land waarvan we relatief weinig weten maar waar de economische en humanitaire situatie gruwelijk is. Het is het armste land in de regio tussen India en China in; Het telt zo’n 56 miljoen inwoners. (binnenkant boekje)
In het land zijn al 3 miljoen vluchtelingen – mensen sterven – misschien met een stok en weinig middelen, maar met hoop en geloof, op zoek zijn gegaan naar veiligheid. Wie spreekt kip? Wie helpt hen aan woorden om de moed erin te houden? We voelen ons machteloos als je denkt aan het recht dat hen wordt aangedaan, aan kinderen en jonge mensen, die net als wij toekomst willen maken. Dat brengt ons bij de lezingen deze zondagmorgen.
Met een gelijkenis leert Jezus in ’t evangelie zijn leerlingen dat zij altijd kunnen bidden, en dat ze dat alsjeblieft nooit opgeven. Bidden is een heel groot goed:
Het is altijd opnieuw ‘t gesprek aangaan met God over dingen die we zelf niet kunnen. Bidden is vóór alles: de moed niet verliezen. Daar waar sceptici de vraag stellen of bidden wel iets uithaalt, dringt Jezus aan om te blijven bidden. Dat zien we in de gelijkenis van de rechter en de weduwe. De vrouw blijft de rechter vragen om haar recht te verschaffen, en hij dóét het: Jezus verzekert ons dat God dus ook altijd gehoor zal geven. Dat wij in alle omstandigheden kunnen bidden: wat ademen is voor het lichaam, is bidden voor de ziel.
Hou je op met ademen, ben je dood. Hou je op met bidden, dan verlies je elk contact met God. Bidden is tegen God zeggen: God, ik wil je spreken: wees de stok waarop ik kan leunen… En ja, bidden vraagt ook stilte, inkeer. Rust. Steun.
Stilte kan ons veel brengen. In stilte besef je dat je behoort tot een groot geheel, dat we maar kleine poppetjes op een hele grote wereldbol zijn en dat velen van ons het ontzettend getroffen hebben, hier in dit land….
Maar deze stok vertelt ook dat hier leegte is, burn-outs, eenzaamheid….
Veel mensen in onze samenleving ‘vallen bijna om’ omdat hen onrecht is aangedaan, omdat ze niemand écht spreken, omdat geloof ontbreekt…
In de Bijbelse verhalen is de dialoog tussen God en de mens altijd de redding. Jezus’ vraag is dan ook: zal de mensenzoon ooit nog geloof op aarde vinden?
Met deze bezorgde uitroep eindigt ons evangeliegedeelte van vandaag…
Voor Wereldmissiedag van dit Jubeljaar 2025 koos eerder paus Franciscus het thema: “Missionarissen van hoop onder de volken”. Zoals ooit ontelbare missionarissen naar verre landen te trokken om met armen, uitgestotenen, zieken te spreken en met hen een hoopvolle toekomst op te bouwen, zo kunnen wij dat ook anno nu. Als biddende mensen – of we dat nu doen met de standaardgebeden uit onze jeugd, met de rozenkrans tot de Gen Z generatie nu – we kunnen laten zien dat het geluk van anderen ons niet onverschillig laat, dichtbij en ver weg. En of je dat doet als hormoontherapeut, als kok of docent of gedragswetenschapper, je bent nodig om het gesprek aan te gaan!
Juist nu zijn we ons meer dan ooit bewust dat we een missionaire kerk zijn: we hebben een missie – een opdracht, een taak in de wereld en die taak begint met God spreken en de mensen! Waar niemand in de wereld iets kan in complexe omstandigheden, kunnen wij als kerken altijd geboden: God spreken, elkaar spreken , zodat we houvast bieden aan wie gevaar om te vallen. Net als de helpers van Mozes in de eerste lezing die plaatsvond in de strijd tegen Amalek, zo kunnen wij ondersteuners zijn van mensen die er onderdóór dreigen te gaan. Laten we missionarissen van hoop zijn: ver weg, maar ook dichtbij. Amen. Pastoor Nellie Hamersma